De invloed van de Bhagavad-gita is echter niet beperkt tot India. De Gita heeft het denken van generaties filosofen, theologen, onderwijzers, wetenschappers en auteurs in het Westen diep beïnvloed, en ook Henry David Thoreau onthult in zijn dagboek: "Elke ochtend baad ik mijn intellect in de verbazingwekkende en kosmogonale filosofie van de Bhagavad-gita ... in vergelijking waarmee onze moderne beschaving en literatuur nietig en triviaal lijken."
De Gita wordt lange tijd beschouwd als de essentie van de Vedische literatuur, de enorme hoeveelheid oude geschriften die de basis vormt van de Vedische filosofie en spiritualiteit. Als de essentie van de 108 Upanisads, wordt het soms Gitopanisad genoemd.
Bhagavad-gita, de essentie van Vedische wijsheid, werd geïnjecteerd in de Mahabharata, een verhaal vol actie over een belangrijk tijdperk in de oude Indiase politiek.