Dit is Nietzsches kritiek op de hedendaagse Duitse samenleving, cultuur en filosofische betrokkenheid, geplaatst tegenover het filosofische ethos van Arthur Schopenhauer. Dit ongepubliceerde voorwoord, bedoeld voor een onvoltooid boek, verwoordt een klaagzang over wat wordt gezien als de achteruitgang van de Duitse cultuur en opvoeding, en schrijft deze achteruitgang toe aan een algemene malaise en oppervlakkigheid in het intellectuele en alledaagse leven. Nietzsche begint met het afschilderen van het moderne Duitsland als een plaats overweldigd door een wanhopig streven naar geluk en grootheid dat paradoxaal genoeg leidt tot culturele en intellectuele middelmatigheid. Dit streven wordt afgeschilderd als zo dominant en destructief dat er bijna een geloofssprong (credo quia absurdum est) nodig is om te geloven in de mogelijkheid van echte culturele vernieuwing in deze context. De kritiek strekt zich uit tot de Duitse academische en culturele scène, die wordt beschreven als filistijns, historisch geobsedeerd maar oppervlakkig, en uiteindelijk losgekoppeld van het echte filosofische streven dat Schopenhauer als voorbeeld stelde. Een groot deel van de tekst is gewijd aan het ontleden van de tekortkomingen van wat hij de opgeleide man in Duitsland noemt. Deze figuur wordt bekritiseerd voor een historisch bewustzijn dat het diepzinnige en het sublieme uit de weg gaat en in plaats daarvan kiest voor een comfort in alledaagse historische details die hem afschermt van een dieper engagement met filosofische of existentiële waarheden. Deze benadering van geschiedenis en cultuur wordt gezien als emblematisch voor een bredere maatschappelijke vermijding van de diepgaande uitdagingen en radicale ideeën van denkers als Schopenhauer. Dit manuscript, dat tijdens Nietzsches leven niet werd gepubliceerd, werd in 1901 voor het eerst in het Duits gepubliceerd onder de titel Nachgelassene Fragmente door zijn zus, Elisabeth Förster-Nietzsche, samen met andere wetenschappers. Ze werden daarna in verschillende formaten opnieuw uitgegeven - waaronder in een serie getiteld Gesammelte Werke (Verzamelde Werken), later gereorganiseerd en uitgebreid tot de Gesamtausgabe (Complete Uitgave), die uitgebreide verzamelingen van Nietzsches notitieboeken en andere geschriften uit verschillende periodes van zijn leven bevatte. Deze nieuwe vertaling uit van het originele Duitse, Latijnse en Griekse manuscript bevat een nieuw nawoord van de vertaler, een tijdlijn van Nietzsches leven en werk, een index met beschrijvingen van zijn kernbegrippen en samenvattingen van zijn complete oeuvre. Deze vertaling is ontworpen om de leunstoelfilosoof in staat te stellen zich te verdiepen in de werken van Nietzsche, zonder dat hij een fulltime academicus hoeft te zijn. Het taalgebruik is modern en helder, met vereenvoudigde zinsconstructies en dictie om Nietzsches complexe taal en argumenten zo toegankelijk mogelijk te maken. Deze Geannoteerde editie bevat ook extra materiaal dat het manuscript aanvult met autobiografische, historische en taalkundige context. Dit biedt de lezer een holistische kijk op deze zeer raadselachtige filosoof als zowel een inleiding als een verkenning van Nietzsches werken; van zijn algemene begrip van zijn filosofische project tot een verkenning van de diepten van zijn metafysica en unieke bijdragen. Deze editie bevat: Een nawoord van de vertaler over de geschiedenis, impact en intellectuele nalatenschap van Nietzsche Aantekeningen bij de vertaling van het originele Duitse manuscript Een index van filosofische concepten gebruikt door Nietzsche met een focus op existentialisme en fenomenologie Een volledige chronologische lijst van Nietzsches gehele oeuvre Een gedetailleerde tijdlijn van Nietzsches levensreis