Het titelverhaal Alleen in de grote stad volgt een reiziger die zich, ver van huis, laat meeslepen door de verleiding van Augsburgs nachtleven. Wat begint als een onschuldige wandeling na een seminar, verandert in een spel van schaduw en licht: rookglazen deuren, anonieme blikken en de tinteling van verboden verwachtingen.
„Ik zat bij het raam van een klein restaurant, mijn vingers rustten op het glas terwijl de kou van buiten langzaam mijn huid bereikte. Voor me een bord dat dampte, maar mijn ogen bleven hangen bij de ingang ernaast: een deur die naar beneden leidde, naar een wereld waar grenzen vervaagden. Mannen gingen naar binnen, een enkeling kwam terug met een ondoorgrondelijke glimlach. Mijn hart sloeg sneller. Buiten scheen het felle straatlicht, maar in mij groeide de honger naar duisternis, warmte en het onbekende.“
Een bundel die nieuwsgierigheid transformeert tot overgave, en verlangen tot herinneringen die nagloeien.
Want soms is de grootste ontdekking niet wat de stad je biedt – maar wat er diep in jezelf wordt wakkergekust.