De schemering van de afgoden: of hoe te filosoferen met een hamer (Oorspronkelijk Duits: Götzen-Dämmerung oder Wie man mit dem Hammer philosophiert) is een beknopte en toegankelijke samenvatting van Nietzsches kritiek op de traditionele filosofie en moraal. De titel suggereert metaforisch de ontmanteling van de afgoden, of valse waarheden, die het Westerse denken hebben gedomineerd. Hier schetst Nietzsche de kernthema's van zijn late werk in tien secties, voorafgegaan door een korte inleiding. Hij gebruikt de metafoor van de schemering om het verval aan te duiden van wat voorheen als waarheid werd geaccepteerd, die hij afgoden noemt. Hij plaatst dit naast het beeld van een hamer, die een gewelddadige vernietiging van oude overtuigingen suggereert, aangevuld met de stemvork, die een diagnostische benadering symboliseert die de holle klanken van in twijfel getrokken afgoden onthult. Nietzsche verdiept zich in het verval van metafysica, moraliteit en religie en bekritiseert het dualisme dat de Westerse cultuur heeft gedomineerd door de wereld te verdelen in ware en schijnbare sferen. Hij richt zich op Socrates als een embleem van verval en karakteriseert hem als een pathologische figuur wiens dialectische methode een schadelijke verschuiving in de Griekse smaak markeerde, waardoor de opkomst van het volk werd bevorderd ten koste van nobelere waarden. De schemering van de afgoden valt op door de beknopte verwoording van veel van zijn centrale thema's, zoals de kritiek op de metafysica, de afkeuring van de christelijke moraal en de viering van levensbevestigende waarden. De tekst is verdeeld in verschillende secties, die elk verschillende aspecten van de hedendaagse cultuur en filosofie behandelen. Dit werk onderstreept zijn afwijzing van absolute waarheden en zijn pleidooi voor perspectivisme; het idee dat kennis altijd vanuit een bepaald perspectief is en beïnvloed wordt door de wil tot macht van het individu, ook al is dit, ironisch genoeg, een extreem dogmatisch filosofisch perspectief dat aanspraak maakt op absolute waarheid. Het werk werd in 1889 gepubliceerd door C. G. Naumann in Leipzig. Deze nieuwe vertaling uit van het originele Duitse manuscript uit 1889 bevat een nieuw nawoord van de vertaler, een tijdlijn van Nietzsches leven en werk, een index met beschrijvingen van zijn belangrijkste concepten en samenvattingen van zijn complete werken. Deze vertaling is ontworpen om de leunstoelfilosoof in staat te stellen zich te verdiepen in de werken van Nietzsche, zonder dat hij een fulltime academicus hoeft te zijn. De taal is modern en helder, met vereenvoudigde zinsconstructies en dictie om Nietzsches complexe taal en argumenten zo toegankelijk mogelijk te maken. Deze Geannoteerde editie bevat ook extra materiaal dat het manuscript aanvult met autobiografische, historische en taalkundige context. Dit biedt de lezer een holistische kijk op deze zeer raadselachtige filosoof als zowel een inleiding als een verkenning van Nietzsches werken; van zijn algemene begrip van zijn filosofische project tot een verkenning van de diepten van zijn metafysica en unieke bijdragen. Deze editie bevat: Een nawoord van de vertaler over de geschiedenis, impact en intellectuele nalatenschap van Nietzsche Vertaalkundige aantekeningen bij het originele Duitse, Latijnse en Griekse manuscript Een index van filosofische concepten gebruikt door Nietzsche met een focus op existentialisme en fenomenologie Een chronologische lijst van Nietzsches gehele oeuvre Een gedetailleerde tijdlijn van Nietzsches leven en werk